Verhuizen van de ene gemeente naar de andere kan voor iemand die bijstand ontvangt een wereld van verschil zijn: in bejegening maar ook in ondersteuning. Mensen die werken én een aanvullende uitkering ontvangen, krijgen te maken met onzeker inkomen. In het woud aan ondersteuningsregelingen raken burgers de weg kwijt. Daardoor ervaren zij veel onzekerheden: krijg ik die toeslag wel, moet ik terugbetalen of loop ik het risico op een boete? De Commissie sociaal minimum, waarvan de LCR ook deel uitmaakt, komt in haar tweede rapport weer met stevige conclusies.
Waar in het eerste rapport dat eind juni werd aangeboden de nadruk lag op de bedragen waarvan mensen rond moeten zien te komen, is in dit tweede deel gekeken naar uitgangspunten in het stelsel: ‘Door de wens om inkomensondersteuning zo gericht mogelijk vorm te geven, is er in de afgelopen decennia een doolhof ontstaan van landelijke regelingen, lokale regelingen en private initiatieven. Veel burgers verdwalen daarin.’
Er is ook gekeken naar de verhoudingen tussen het Rijk en gemeenten. De conclusie daarbij is duidelijk en hard: ‘De Rijksoverheid heeft de afgelopen decennia meer verantwoordelijkheden bij gemeenten neergelegd. Mensen zijn daardoor meer afhankelijk geworden van hun gemeente om rond te komen. (…) Bovendien zijn de verschillen tussen gemeenten erg groot geworden: het kan honderden euro’s per maand verschil maken, afhankelijk van waar iemand woont. Ook de doelgroep waarop lokale inkomensondersteuning is gericht, verschilt fors per gemeente. Daarbij speelt ook mee dat het recht op lokale regelingen en informele voorzieningen niet altijd wettelijk is geborgd, en dus niet altijd juridisch afdwingbaar is. Als gevolg van dit alles krijgen burgers in gelijke gevallen een ongelijke behandeling en dus ongelijke inkomensondersteuning, en veel mensen ervaren dat als onrechtvaardig.’
Met de manier van handhaven, negatief prikkelen als mensen niet snel genoeg aan het werk gaan of zich niet snel genoeg kunnen verantwoorden, wordt eveneens de vloer aan geveegd. ‘Negatieve prikkels veroorzaken vaak ook stress en onzekerheid over het inkomen, en zijn daardoor niet altijd verstandig. Daarbij speelt mee dat de inzet van (negatieve) prikkels sterk uitgaat van de veronderstelling dat iedereen kan werken en de veronderstelling dat iedereen op elk moment in staat is om verantwoordelijkheid te nemen. In de praktijk is dat lang niet altijd het geval.’ Het is uit een vergelijking met omliggende landen gebleken dat Nederland ook nog eens zeer streng is met deze regels.
Wij plaatsen regelmatig berichten op onze website. Die delen we graag! Wil je op de hoogte blijven van wat er speelt binnen de LCR en de onderwerpen waarmee wij ons bezighouden? Schrijf je dan in voor onze nieuwsdienst.